De Hil, straat in historisch Dordrecht

Brief van Kees Sigmond aan Onno van Schelven, 22 januari 2005.
A letter from Kees Sigmond to Onno, 22 January 2005.

Geachte heer Van Schelven,

De Hil (de straat zelf bestaat helaas niet meer), waar de eerste Van Schelvens in Nederland gewoond hebben: vanaf 1612 tot 1634 Mr. Jacob Centen van Schelven, scherprechter van Dordrecht, en (bij zijn huwelijk in 1627) diens jongere broer Isaac Centen van Schelven, ligt vrij dicht bij het NS-station. In een kaartenboek van Dordrecht vond ik een kaart uit 1923 (Plattegrond van Dordrecht, uitgegeven door de Bouw- en Woningdienst in 1923) waar De Hil duidelijk op is te herkennen.

De Hil was a street in Dordrecht which unfortunately no longer exists. This was where the first Dutch Van Schelvens once lived: Jacob Centen van Schelven, executioner in Dordrecht,  from 1612 - 1634 and his younger brother Isaac Centen van Schelven. I found an old map (1923) on which the Hil can clearly be recognized.

De Hil was een armoedige straat (zie foto) en is verdwenen bij de sanering van het gebied ten westen van het Bagijnhof in 1926-1927.
De Hil was a poor street and was demolished in 1926-1927.

De Hil vanaf Elfhuizen - circa 1925

Enige tijd geleden was ik op zoek naar meer gegevens over Sara Jan Jansdr., de vrouw van Isaac Centen van Schelven. Daarbij viel mij op dat bij hun ondertrouw op 19 juli 1626 staat: "Sara Jan Jansdr. habitat ibidum", met andere woorden; zij woonde op dezelfde plaats als de bruidegom (Isaac van Schelven): op de Hil. Het leek mij daarom nuttig eens in het verpondingkohier van 1626 te kijken, of ik iets kon vinden in De Hil over haar eventuele familie.

Het verpondingsregister vermeldt inderdaad: "Opte Hil" (komende vanuit de Raamstraat; zie bijgevoegd kaartfragment). Het eerste huis was: "Mr. Jacob scherprechter 30 st(uiver)s. Es ontfangen den IIIen Meij 1631." (volgende huis: Jan Geeritse calckmeter, 30 stuivers) (Stadsarchief Dordrecht; Verponding Dordrecht 1626, inv.nr. 3970, folio 186).

In de vier volgende pagina's huizen op de Hil (folio 186 t/m 187v) komt geen Jan Jansz. voor. Na de Hil gingen de taxateurs verder "Opte Elffhuijsen", waar wel een zekere Jan Janse - arbeijder woonde, die echter zo'n armoedig huisje had, dat hij geen belasting hoefde te betalen. Dit was dus zeker niet de vader van Sara. Daarna kwamen de taxateurs via de noordzijde van de Hil weer in de Raamstraat uit.

Mr. Jacob Centen van Schelven, scherprechter van Dordrecht, woonde in 1626 dus in het als eerste genoemde huis op de Hil, komende vanuit de Raamstraat, linksaf slaande. Op de kaart uit 1923 is dit wellicht het huis dat enigszins los staat, op de kop van het blok tussen Hil en Kous (blauw gekleurd). Dit huis was van de stad en werd aan de scherprechter ter beschikking gesteld, zolang hij deze functie uitoefende. Vermoedelijk woonden zowel Isaac Centen van Schelven, als Sara Jan Jansdr. bij zijn broer scherprechter Jacob van Schelven in.

"Dordrecht bezat een galg en herbergde een beul, die de in Zuid-Holland uitgesproken lijfstraffen ten uitvoer moest leggen, zoals zijn collega in Haarlem dat voor Noord-Holland moest doen. De Dordtse beul bewoonde oorspronkelijk een der stadstorens, de Beulstoren. Later woonde hij op wat genoemd werd den Hil bij de Sint Laurenskapel. Hij genoot een jaarsalaris en ontving van stadswege winterbrand (brandhout en/of turf) en wintervleys (geconserveerd vlees); bovendien kreeg hij jaarlijks een rode mantel: het halsrecht (de beul) gaat in't rood gekleed." (Jan van Herwaarden e.a., Geschiedenis van Dordrecht tot 1572, Hilversum 1996, pag. 106).

De Beulstoren (later genoemd: Kleine Kaerskorff) lag overigens vlakbij De Hil en was gebouwd in 1350/1400 en afgebroken in 1816. De toren lag in de stadsmuur direct ten zuidoosten van De Hil (op het kaartje uit 1923: t.p.v. het huizenblok tussen Vest en het Spuiwater). In 1998 zijn de fundamenten van de Beulstoren aan de huidige Spuiboulevard opgegraven.

Met vriendelijke groet,

Kees Sigmond.