Ongeluk met boten Orca en Triton: 'Zo'n beetje de ergste ramp die de vereniging heeft beleefd'

Het is een raar gezicht, een roeiboot zonder punt. Het lijkt eigenlijk nog het meest op een afgescheurd stuk karton. Als leek zou je niet zeggen dat zoiets duizenden guldens schade oplevert. Maar voor de studentenroeiverenigingen Triton en Orca is het harde werkelijkheid: het ongeluk met de oplegger waarop boten van beide verenigingen lagen, gaat tienduizenden guldens kosten.

De boten, negen van Triton en zeven van Orca, werden voor wedstrijden naar Tilburg vervoerd. Doordat de chauffeur plotseling moest remmen, schaarde de oplegger en kwam in de berm terecht. Eén skiff van Orca overleefde de klap, de overige boten zijn allemaal meer of minder beschadigd. Alle vaartuigen behoorden tot de zogenaamde 'wedstrijdvloot', de beste boten die de verenigingen hebben.

Volgens Orca-voorzitter Mark Gieles is dit wel zo'n beetje de ergste ramp die zijn vereniging heeft beleefd. "Ooit is onze loods afgebrand, maar toen bleven de boten onbeschadigd." Zijn collega Job van Schelven van Triton denkt dat alleen de cholerabesmetting van het water rond de vereniging enigszins vergelijkbaar is. "Maar dat was ergens in 1890", voegt de preses van de bijna 120 jaar oude vereniging daar aan toe.

Van Schelven zat in de kroeg toen hij hoorde over het ongeluk. "Het drong toen eigenlijk nog niet tot me door. Pas de volgende ochtend, toen ik op de vereniging kwam, werd het ineens heel werkelijk." Er braken hectische dagen aan. "Het was heel chaotisch, was ik net in gesprek met SBS6, hing er iemand van de verzekering aan de lijn en kwam er iemand anders vragen of we al vervanging hadden. En zo ging het maar door", vertelt Gieles.

Inmiddels is hij in rustiger vaarwater beland. "Het blijft druk, maar ik heb in ieder geval weer een beetje het overzicht." De schade aan de Orca-boten is opgenomen en het is duidelijk dat de verzekering zo'n 25.000 gulden zal vergoeden. Dat houdt in dat er een gat op de begroting overblijft van ongeveer 65.000 gulden. Het grootste deel daarvan wordt veroorzaakt door het feit dat de verzekering de dagwaarde uitkeert voor de twee boten die total loss zijn verklaart, terwijl de boten wel weer nieuw moeten worden gekocht.

Voor zijn collega van Triton liggen de zaken nog niet zo duidelijk. De bootsman is nog niet klaar met het opnemen van de schade, dus kon er ook geen opgave aan de verzekering worden gedaan. Wel is de vereniging al druk bezig om te inventariseren wat de leden kunnen doen om de schade op te vangen. "Je zou bijvoorbeeld de komende tijd een kwartje op het bier kunnen doen, maar iemand anders zei al dat hij de bootsman wel wil helpen", vertelt Van Schelven. "Hoe we het gaan organiseren is dus nog niet duidelijk, maar ik verwacht wel veel van de leden."

Gieles is wat voorzichtiger. De leden zijn de laatsten bij wie hij voor geld zal aankloppen. "Studenten kunnen niet veel missen. Ze betalen al veel geld om te kunnen roeien, dus je kan niet meteen met de collectebus langs de bar gaan." Als na overleg met eventuele geldschieters blijkt dat er nog geld te weinig is, zal hij zijn leden aanspreken. "Dan zouden we bijvoorbeeld een boat-crash-party kunnen organiseren. Nodigen we Triton ook uit, is het bier voor hun een knaak en voor ons twee gulden", filosofeert hij voor zich uit.

De beide presessen blijken hun hoop vooral op de universiteit te hebben gevestigd voor leniging van de financiële nood. In een informeel gesprek werd hen al toegezegd dat zij op steun kunnen rekenen. "Dat is ook het meest logisch, want we zijn hier toch in eerste instantie om te studeren", aldus Van Schelven. Op de sponsors willen de voorzitters niet al zeer rekenen. "Die doen al wat voor de vereniging, en je wilt toch ook niet dat ze gaan denken: dat was ook een dure grap, die roeiers", stelt Gieles.

Wel hebben beide verenigingen een beroep gedaan op de oud-leden. En andere roeiverenigingen springen bij wat betreft de vervanging van de boten voor de eerste tijd. "De mensen die normaal in die boten zitten trainen heel fanatiek. Die zitten zo'n tien tot veertien keer per week op het water", legt Gieles uit. Volgens Van Schelven missen de gedupeerde roeiers liever twee keer per dag hun vriend of vriendin dan hun boot.

"Nou, dat valt wel mee", relativeert Peter van der Noort, kandidaat voor de Holland Acht. De Orca-skiff waarin hij normaal gesproken traint, kan hij voorlopig niet gebruiken maar hij blijft er redelijk laconiek onder. "Er zal binnenkort wel een oplossing komen, we kunnen er denk ik wel eentje lenen." Tot die tijd roeit hij op het droge, op de ergometer. "Het is niet leuk, drie tot vier uur per dag in zo'n donker hol, maar het moet maar."

Al met al denken de voorzitters dat ze pas volgend seizoen weer helemaal op orde zijn. "Je wilt het eigenlijk allemaal binnen een week regelen, maar dat kan gewoon niet, je bent van te veel factoren afhankelijk", aldus Van Schelven. "Maar misschien is dat ook eigenlijk wel goed. Als je in de haast van het eerste moment beslissingen neemt, is de kans groter dat die verkeerd zijn."

Ook Gieles ziet nog wel een lichtpuntje. "Laatst kwam hier een oud-lid tijdens het lustrum verhalen uit de oude doos vertellen. Toen zag ik mezelf al zitten, over twintig jaar. Met een dikke sigaar er bij is dit natuurlijk een ijzersterk verhaal."